Neem een foto in gedachten uit de Tweede Wereldoorlog: officieren gebogen over een landkaart, discussiëren over frontlinies en strategische posities. In een interview met missionair pionier André Meulmeester uit Almere las ik dat zo’n foto hem ooit op een idee had gebracht: hij kocht een plattegrond van zijn stad en ging met zijn medewerkers het gesprek aan: waar liggen de fronten, waar moeten de troepen verplaatst worden? ‘Ik besefte hoe belangrijk het is om mensen en middelen op de meest effectieve plaats in te zetten’, vertelt hij.
Wie de kriebels krijgt bij dit soort planmatig werken in Gods Koninkrijk, vraag ik toch nog even een paar alinea’s met me op te trekken. Ook nadat ik nog even heb verteld dat Meulmeester dankbaar gebruik maakte van allerlei demografische gegevens en de sociale atlas van zijn werkgebied. En omdat hij niet wilde leuren met ‘producten’ waar niemand op zit te wachten, luisterde hij nauwgezet naar zijn doelgroep om te weten wat hun vragen zijn. Daar zette hij op in, zonder ook maar iets af te doen aan zijn boodschap of roeping. Het ging veeleer om een toespitsing.
Missionaire pioniers van vandaag zijn ondernemers, schreef dr. Sake Stoppels, lector aan de CHE, in het tijdschrift Inspirare naar aanleiding dit interview. Zelf moest ik intuïtief denken aan een tekst uit Jezus’ gelijkenis van de ponden, waarin de heer zijn dienaren aanspoort: ‘Drijf daarmee zaken, totdat ik kom’. Als we de tekst niet meteen overdrachtelijk verstaan, zit daar ook onmiskenbaar iets ondernemends in.
In het werk bij de IZB kom ik ze ook tegen, zulke ondernemende pioniers. Ik noem er twee; al zijn er meer. Midden in de eerste coronagolf vervulde wijkpastor Nico van Splunter met de vrijwilligers van de multiculturele gemeenschap Geloven in Spangen een belangrijke rol bij de distributie van voedselpakketten en computers-voor-thuisonderwijs. In de afgelopen maanden heeft hij in de wijken Bospolder-Tussendijken de weggeefwinkel Yess! opgezet, die ca. 150 armlastige buurtbewoners van eerste levensbehoeften voorziet. De vrijwilligers werken er met behoud van uitkering en doen zo werkervaring op. Op zondagmorgen zijn er in hetzelfde pand samenkomsten. Missionair ondernemerschap pur sang.
Ander voorbeeld: vorige maand kreeg StekUp de Jongerenprijs 2020 van Kerk en Wereld. StekUp is een coöperatie, opgezet vanuit Cross Culture, een missionaire pioniersplek van de IZB, verbonden aan de Dorpskerk van Nieuwegein-Vreeswijk. Pionier-voorganger Theo Vreugdenhil en ambtsdrager Maarten Atsma begeleiden (ex-)asielzoekers naar werk. Onder de paraplu van StekUp beginnen ze een onderneming, krijgen ze coaching, en kunnen ze een beroep doen op gezamenlijke administratie, inkoop, huisvesting, etc.
Sake Stoppels werpt de prikkelende vraag op: Zou het kunnen zijn dat in onze tijd ondernemerschap naast het herder- en leraar-zijn (van voorgangers) van groot belang is? Nu hecht ik grote waarde aan het herder- en leraar-zijn. Zeker in deze coronatijd verdienen voorgangers alle support om zich voluit te kunnen wijden aan prediking en pastoraat. ‘Iemand die geschikt is om 6 jaar in de collegebanken door te brengen is bijna per definitie niet geschikt om een ondernemende pionier te zijn’, vindt Stefan Paas. Hoeft ook niet, denk ik. Maar ik voer hier graag een pleidooi om het aanwezige ondernemerstalent binnen kerkenraden en gemeenten te scouten en volop ruimte te geven. De nood van de kerk in de coronacrisis vraagt op allerlei fronten om inzet en volharding, maar ook om creativiteit en inventiviteit. God geve het dat in deze tijd waarin zoveel gebeurt dat we niet voor mogelijk hielden, de kerk ook nieuwe ongedachte wegen kan inslaan waarop de ondernemers herders, leraars aanvullen en versterken.
Ds. Sjaak van den Berg,
directeur IZB