Het kleinste dorp van Nederland, met één – doodlopende – straat. De eerste achthoekige protestantse kerk in Nederland. En een monumentale preekstoel met een verhaal. Liefhebbers van bijzondere feitjes komen ruimschoots aan hun trekken bij deze Toer voor het Goede Doel, waarbij diverse IZB-projecten als pleisterplaatsen dienen.
Wielrenners die zin hebben in een rondje van 100 of 150 kilometer en onderweg willen kennismaken met missionaire plekken, kunnen zaterdag 1 juni van start in Wateringen. In deze plaats in het Westland heeft de Hervormde Gemeente een groot hart voor jongeren en kinderen. Volgens een uniek concept wordt ‘gewone’ buitenschoolse opvang gecombineerd met kerkelijk kinderwerk. Dat gebeurt in een speciaal verbouwd centrum, behorend bij de middeleeuwse kerk (die van de bijzondere preekstoel, speciaal gebouwd voor stadhouder Frederik Hendrik en z’n vrouw Amalia van Solms).
De fietsers passeren ’t Woudt, het kleinste dorp van Nederland, en zetten met een kruissnelheid van zo’n 30 kilometer per uur koers naar Leiden. Daar worden ze ontvangen in de Marekerk, een van de eerste kerken die speciaal voor de protestantse traditie zijn gebouwd: de luisterende gemeente is centraal gegroepeerd rondom de preekstoel. Ook de Marekerkgemeente heeft een speciale doelgroep op het oog: de millennials. Bureau van Betekenis wil deze jongeren in Leiden ‘de hoopgevende en bevrijdende kracht van het evangelie helpen ontdekken’ en gebruikt daarbij uiteenlopende vormen: lezingen, theater, workshops, borrels en wandelingen.
Hiervandaan wordt de tocht vervolgd, naar Charlois (Rotterdam). Hier is Noorderlicht actief, een eigentijdse geloofsgemeenschap. De pioniersplek herbergt vogels van allerhande pluimage: studenten, kerkzoekenden en mensen die voor het eerst of opnieuw zijn aangehaakt bij de kerk. Daarnaast wil Noorderlicht ook dienstbaar zijn aan de wijk.
En dan de laatste etappe: naar Wateringen, waar een welverdiende warme maaltijd wacht.
Evenals bij de eerdere versies van deze sponsortocht gaat het vooral om de inspiratie die de deelnemers opdoen bij de verschillende missionaire projecten. Maar ook al is de financiële kant niet het belangrijkste – de pioniersplekken zullen het ingezamelde geld dankbaar accepteren.