‘Wij volwassenen hebben ons de kaas van het brood laten eten.’ Wim Heijting uit het Betuwse dorp Rumpt deed die bekentenis tijdens een debat over twintigers in de kerk, georganiseerd door de IZB.
Uitgangspunt voor de bijeenkomst, op 3 april jl. in De Zwitsalhal in Apeldoorn, was het onlangs gepubliceerde rapport ‘Op zoek naar toewijding’ waarvoor de IZB sprak met jongeren en kerkelijke professionals. Het resultaat van dit onderzoek is samengevat in tien observaties voor kerken die de geloofsontwikkeling van twintigers in hun gemeenten willen ondersteunen. ‘We zijn de vanzelfsprekendheid voorbij’, aldus IZB-directeur-bestuurder Marco Batenburg, die de conclusies samenvatte. Hij onderstreepte onder meer het belang van maatwerk. ‘Voor jongeren is “het geloof oefenen” niet iets dat altijd vanzelfsprekend in de kerk gebeurt.’ Ook moeten we volgens hem ‘op zoek naar een nieuwe fierheid.’
Dat begrip, fierheid, vond weerklank. ‘Het geloof mag wel een beetje robuust zijn’, aldus podcastmaker Rosa Douma, die samen met Kees van Ekris de avond presenteerde. ‘Kan ik in mijn omgeving, in Rotterdam, mijn overtuiging ergens op stukslaan?’
Daklozenopvang De ontmoeting was gericht op ondernemers maar ook kerkenraadsleden, kerkelijk werkers en natuurlijk jongeren zelf kwamen aan het woord. Daarbij bleef het nadrukkelijk niet bij sombere constateringen zoals ‘kerkgang onder jongeren staat onder druk’ maar werden ook hoopvolle signalen benoemd. Maaike Verbruggen, studentenwerker voor IFES en ouderling in de Nieuwe Kerk in Utrecht, vertelde: ‘Er is iets gaande onder studenten; er komt een beweging op gang.’ Het geloof handen en voeten geven is daar onderdeel van. In haar gemeente zijn jongeren actief betrokken bij de daklozenopvang. ‘Goed leven is in hun optiek: je inzetten voor de naaste, van betekenis zijn voor de stad. Daar zoeken twintigers naar.’ Het gaat niet allemaal crescendo. ‘Het eerlijke verhaal is dat studenten ook de kerk weer verlaten via de achterdeur.’
Zoals dé twintiger niet bestaat, zijn ook geen twee kerkelijke gemeenten gelijk. Een cliché natuurlijk, maar wel iets om rekening mee te houden. Rosa Douma:’ Waarom een kindermoment als een groot deel van de gemeente bestaat uit vrijgezellen? Houd rekening met die groep, het single-zijn is niet altijd per se een keuze. Ze worden elke keer weer geconfronteerd met het gezinsleven. Bij doopdiensten blijven ze ook al weg.’
Kees van Ekris vatte deze discussie als volgt samen: ‘Kindermoment of twintigermoment?’
‘Zo laks’ Ook de Hervormde Gemeente van Rumpt, een 900 inwoners tellend dorp in de West-Betuwe, heeft een uitgesproken eigen kleur. Wim Heijting is er ouderling. ‘Van de 130 leden komen er 30 tot 50 daadwerkelijk naar de kerk. Onder hen …nul twintigers.’ Rosa nuanceerde: ‘Betrokken zijn bij de kerk is niet hetzelfde als ’s zondags ín de kerk zitten…’
Dat mag zo zijn, maar Heijting zag de afwezigheid van jongeren met lede ogen aan en besloot fysiek aan te bellen bij de twintigers uit het adressenbestand. ‘Van de 15 bleken er 14 geïnteresseerd!’ Er werden bijeenkomsten georganiseerd waar, onder het genot van een hapje en een drankje, over het geloof wordt gepraat. ‘Dat laatste deden ze thuis niet.’ Hij stak de hand ruiterlijk in eigen boezem. ‘Wij als ouders hebben het laten liggen, we zijn zo laks geweest.’
Hoewel voor het jongerenrapport geen ouders zijn benaderd, vormen zij wel een belangrijke factor bij de geloofsontwikkeling van hun jongvolwassen kinderen. ‘Welke valkuilen liggen er voor ons als ouders?’, aldus Kees van Ekris. ‘Als gemeentepredikant heb ik weleens gedacht: ik moet familiegesprekken gaan doen, met jongeren, hun ouders en eventueel grootouders. Het is er nooit van gekomen.
Doelend op het feit dat kerkelijk meelevende jongeren in sommige gemeenten uitermate schaars zijn, merkte hij op: ‘We zitten bijna in een soort diaspora-situatie. Misschien gaat het om een enkeling, of twee.’
Blokouderling Dat is in de Biblebelt – althans, getalsmatig – uiteraard anders. Twintigers Sarah Kooij en Ivonne van Middendorp uit Barneveld weten zich in de kerk omringd door veel leeftijdgenoten. ‘Kerkgaan brengt een soort rust. Je komt er om te zingen, te bidden, je ziet mensen en je leert af en toe wat.’ Het gaat in de kerk om het spreken van God, maar ‘gezelligheid is ook belangrijk.’ Met waardering spraken ze over hun ‘blokouderling’ (de gemeente is verdeeld in wijken, en die zijn weer onderverdeeld in blokken). De term ontlokte de zaal enige hilariteit maar Rosa Douma vond dat juist een navolgenswaardig concept. ‘Iemand die geestelijk verantwoordelijk is voor een bepaald postcodegebied, dat is heel goed – je wordt gezien!’
Naar aanleiding van het jongerenrapport is ook binnen de IZB zelf gesproken met medewerkers uit de betreffende leeftijdscategorie. Enkele van hun suggesties: praat niet alleen over maar ook mét ons. En durf het experiment aan te gaan. Die handschoen is opgepakt. Marco Batenburg kondigde aan dat gezocht wordt naar een innovator, ‘een gelovige, bevlogen twintiger of dertiger, iemand die een beweging in gang zet.’ De middelen hiervoor zijn beschikbaar gesteld door ondernemers uit het netwerk van de IZB. Potentiële kandidaten kunnen een pitch geven tijdens een werkdag over het jongerenrapport, die binnenkort wordt georganiseerd. De eerste kandidaat meldde zich al, luttele minuten nadat dit voornemen was bekendgemaakt.